50 Miles Great Escape 2019, We gaan weer wat doms doen

Zullen we zaterdag de 50 miles meelopen? Nee joh donder op, gewoon hier en daar een beetje helpen, zegt Maarten. Maarten was donderdag even op de koffie bij mij om zijn verhaal te doen over de King Offa’s Dyke Race (300k), die hij maandagavond laat gefinisht had samen met Martino en François. Ik laat het idiote idee maar varen verder en neem mij voor om de komende dagen vooral niet te veel te lopen aangezien ik afgelopen zaterdag ook een monstertocht van 5 marathons heb afgewerkt.

De volgende dag popt het idiote loop idee toch weer op en ik stuur Stef een berichtje of er nog plek in de bus is. Er is nog plek. Enige die mij nu nog kan weerhouden van het idiote idee is mijn vrouw, Wendy. Ik leg het voor en ook zij houdt mij niet tegen. Bericht naar Stef dat hij een startnummer kan klaarleggen en een berichtje naar Alex of ook hij zin heeft om te mee te gaan. Halverwege vrijdagmiddag stuurt Maarten mij een berichtje met de vraag of ik mee ga lopen. Ik geef aan dat ik dat inderdaad ga doen en hij geeft aan dan ook mee te lopen.

Nu nog het idiote plan ten uitvoer brengen. Om 22:15 kom ik met Alex aan bij de finish locatie in Maboge. Veel bekenden en gezelligheid en een half uurtje later zitten we in de bus richting de start. Maarten en ik vragen ons af of we er goed aan doen en bespreken het plan van aanpak. Redelijk simpel plan van aanpak, rustig en gedoseerd lopen. We zijn daar om te ondergaan of het lichamelijk haalbaar is na een mega zwaar fysiek weekend van een week ervoor. Mentaal zit het wel goed, maar gaat het lichaam nu anders dan anders reageren of lopen we deze 85k probleemloos uit? We weten het niet. Vanuit de bus gooit Maarten en nog een foto uit met de tekst ‘We gaan weer iets doms doen’.

Om middernacht gaan we van start. Niet mee laten sleuren door de snelle lopers, maar direct een ultra tempo zoeken. Het gaat ondanks het relaxte tempo wel rap en na een uurtje of twee hebben we 17k gehad. Vorig jaar liepen we de 100 miles, maar we herkennen niks van de route. De route is harstikke snel en de single tracks komen we ook nauwelijks tegen. Wat een verschil in beleving met het jaar ervoor, maar wij vinden die brede snelle glooiende paden helemaal prima. Zo nu en dan hebben we lopers om ons heen en regelmatig ook lopers die ons eerder hadden ingehaald en verkeerd gelopen zijn. Zonder navigatie is het lastig om elk bordje van de route te spotten, waardoor veel lopers extra meters maken.

Na 3 uur hebben we al meer dan 24k gehad en onze lichamen lijken nog niet erg veel last te hebben van de aanslag van vorige week. Nog ff een klein uurtje doorzetten en we komen omstreeks 04:00u aan op onze tweede verzorgingspost. Een loper duikt een beetje weg, het is Barry van Oven. Veel grappen over en weer en een hoop gelach. Barry is bezig met de 100 miles en is een van de laatste nog lopende deelnemers. Een paar minuten nadat Barry uit de verzorgingspost is gegooid vertrekken wij ook op jacht naar Barry. Een paar km verderop halen we hem in en lopen nog een paar meter samen waarna wij iets sneller doorlopen. Het is immers nog steeds glooiend en hoe harder je loopt, hoe sneller je binnen bent.

Het marathonpunt passeren we binnen 5:30 uur en niet veel later stappen we het volgende checkpoint binnen. Wederom een gezellige boel met een massa bekende lopers en vrijwilligers. Dit is het halverwege punt en ook een uitgelezen plek om een wat langere break te nemen. Schoentjes ff uit, grappen maken met Willem, lekker soepie en weer door. Nog een uurtje en het zal weer licht worden. De route is nog steeds relaxt de komende kilometers, is ons vertelt, maar vanaf 55k zal het toch echt pittiger worden. Hoeft nou niet perse voor ons, maar goed om te weten aangezien we de race van vorig jaar blijkbaar totaal vergeten zijn.

En dan is het ineens licht, wat een verademing, het lampje kan van je hoofd. Het lopen in je lichtbundel maakt plaats voor een ruimtelijk gevoel. Warm is het nog niet, maar daar zitten we ook niet op te wachten. Zo nu en dan passeren we lopers van de 100 miles race en bijna al die lopers blijken we wel te kennen. Tim Weissbach demotiveren we nog eventjes met een aantal vervelende weetjes over de komende kilometers waarna we het tempo weer vrolijk verhogen. Hans Coolen hoort ons ook al aankomen en we lopen een stukje samen op. Ergens in de nacht hebben we ook nog een foto van Olav en Arnoud ontvangen met de tekst ‘Catch us, if you can’. Terwijl we speculeren over hun positie, zien we hen ineens voor ons. Blij te zien dat het uitstekend gaat met deze twee. Olav, de enige Nederlander met een Slam titel en Arnoud die op weg is zijn eerste 100 miler te finishen na zijn vreselijke enkelbreuk bijna twee jaar geleden tijdens de Legends Trail. We wensen elkaar succes en gooien het tempo weer omhoog. Het parcours is ondertussen verandert van brede glooiende paden naar steile grillige single tracks en het lijf begint ook aan te geven dat er eerder die week ook al gelopen is. De pijntjes die vorig weekend aan het end aanwezig waren, komen ook nu weer opzetten. De pijntjes blijven echter pijntjes en in zijn geheel niet ondragelijk.

Vlak voor het volgende checkpoint op 68k passeren we Dennis Stoutjesdijk. Uiteraard ook weer even wat flauwe grappen over en weer afsluitend met een positieve opmerking. Hij oogt namelijk nog bijzonder fris na twee nachten amper slaap. Aangekomen op het checkpoint besluiten we toch wat meer rust te pakken dan we in eerste instantie gepland hadden. Een paar wraps eten, de nodige cola drinken, even plat op de grond liggen en door. Het idee om voor 1200u te finishen laten we varen, dat was sowieso niet het doel. Maar omdat het zo boven verwachting goed gaat en het lichaam nauwelijks protesteert, lopen we wel in hetzelfde tempo door. Als het maar even kan lopen we hard en als het te steil wordt, hiken we in moordend tempo iedereen voorbij. We beginnen steeds fanatieker te worden naarmate de finish in zicht komt. Zo nu en dan spotten we een 50 miles startnummer en zetten we achtervolging in en verhogen we het tempo een klein beetje.

Ik zie op mijn horloge dat er nog een pittige klim moet komen en dat we daarna afdalen naar de finish. De klim is serieus zwaar, gevolgd door een lang stuk vals plat waar we een groepje 50 miles lopers zien. We kunnen het niet laten en versnellen ons hiken naar hardlopen totdat we het groepje voorbij zijn. Ze haken een beetje half aan en we gaan weer over op hiken. Na 100 meter hebben we een gaatje geslagen en zetten de afdaling in. Flink de vaart erin de laatste kilometers naar de finish. In volle vaart komen we aan bij de finish, wat de finish niet is omdat je vanaf daar nog een rondje van 6k moet. Opgejaagd door onze achtervolgers gooien we slechts een bekertje cola naar binnen en rennen meteen door voor het laatste stukje.

De zogenaamde ‘muur van Maboge’ moeten we omhoog. Niet te veel over nadenken en maar gewoon doen is de enige juiste aanpak. Halverwege de klim nog een gelletje erin voor het laatste half uurtje en door. Eenmaal boven concluderen we dat onze achtervolgers ons echt niet meer gaan inhalen. Toch kijken we even achterom en daar zien we een loper. Shit, worden we toch nog ingehaald op het end. De route buigt af naar links waardoor onze achtervolger ons niet meer kan zien. Meteen zetten we het hiken om in hardlopen om het gat groter te maken, nog 3,5k te gaan. Bocht naar links, stukje asfalt en weer naar links voor de allerlaatste afdaling. We kijken naar links en zien onze achtervolger een meter of 500 achter ons met minder dan 3k te gaan. Toch maar aanzetten naar beneden en we denderen over het pad richting Maboge. Bijna beneden komen we Alex en Ania nog tegen, maar tijd voor een praatje hebben we niet, denken we. Terug in Maboge, wandelen we over de brug en feliciteren we elkaar met deze bizarre prestatie alvorens we de laatste 250 meter hardlopend afleggen. Onze achtervolger finisht 10 minuten later……

Als het lichaam in orde is, is de geest het enige obstakel wat ons kan weerhouden van uitzonderlijke prestaties. Afgelopen zondag lieten we onze geest grenzeloos zijn en ons lichaam bepalen wat wel of niet haalbaar was.